De Cock… mijn favoriet #8

Net als elke Baantjerfan heb ik favorieten onder de boeken die Albert Cornelis Baantjer schreef. Dit keer las ik een deeltje uit het begin van zijn lange schrijverscarrière.

Openingszinnen: Maarten Jan Boucharde perste zijn dunne lippen op elkaar. Het lange, blonde haar, nat van het zweet, kleefde aan zijn gezicht. Hij luisterde intens en hoorde dat zijn achtervolgers het platte dak achter hem hadden bereikt. Omzichtig sloop hij verder. Zijn voeten zochten steun in de smalle dakgoot. Als het hem lukte het schuine dak van het aangrenzende pand te bereiken, was hij veilig.

De Cock en de Romance in Moord

Baantjer begint met een ronduit spannende scène zoals je die in zijn latere boeken nooit meer ziet. Maarten Jan Boucharde wordt achtervolgd–door wie? Door de politie. Hij probeerde in te breken bij de IJsselsteinse Bank, maar een stil alarm maakt al spoedg een einde aan de poging. Rechercheur De Cock is hem op het spoor. Wat een fantastisch begin, en het is slechts de voorbode van een moordmysterie. Wanneer hij wordt gearresteerd, eet Boucharde een propje op. Een briefje. Slechts de helft ervan kan worden gered door een oplettende politieman. Het is een briefje met de tekst: Oude Scha…

Daarna komt er een moord aan het licht. Een verpleegster, Georgette de Mirabeau, is bruut vermoord in haar huis aan de Oude Schans. Een van de meest opmerkelijke momenten van deze serie volgt kort daarop. Dokter Den Koninghe wordt ter plaatse geroepen. Zo beschrijft Baantjer het:

Dr. Den Koninghe liep langs De Cock naar het lijk in de fauteuil. Halverwege bleef hij staan, draaide zich om, stijf, verschrikt. Zijn mond hing half open. Uit zijn gezicht was alle kleur verdwenen. ‘Dat… eh, dat is… eh, dat is zuster De Mirabeau,’ stamelde hij onthutst.

Appie Baantjer schreef dit verhaal als feuilleton van dertien delen voor de Margriet, onder de titel Waarom Stierf Zuster Georgette? En die oorsprong is duidelijk te bemerken. Elk hoofdstuk eindigt met een cliffhanger die je doet verlangen naar het vervolg. Het is een prachtig gedreven verhaal. Maar wat me ook opvalt, is hoe persoonlijk Baantjer wordt als het om Dr. Den Koninghe gaat. De lijkschouwer bekent dat hij ooit van zuster De Mirabeau hield en haar als zijn vrouw begeerde. Maar zij zette hem publiekelijk voor schut. Is de goede dokter een verdachte? Dit aspect is nog een reden waarom De Cock en de Romance in Moord een van mijn favoriete boeken van Baantjer is. Ik kan dit deeltje van harte aanbevelen.